Viottastraat, Amerika en de Gerrit van der Veenstraat

Een kort artikel over Suzanna van der Woude, wat deze maand in het wijkkrantje van huize Lydia is verschenen mogen we u niet onthouden.

Viottastraat, Amerika en de Gerrit van der Veenstraat

‘Ik ben een bofkont’, aldus Suzanna van der Woude-Cnoop Koopmans (88). Geboren en getogen in de Viottastraat. Het was spelen op straat en als ze naar het eind van de Beethovenstraat liepen, over de brug, kwam je meteen in de polder. Dat was heerlijk cowboytje en indiaantje spelen. Nu verrijst daar de Zuidas.

Elke donderdag naar oma in Het Nieuwe Huis (nu OBA) aan het Roelof Hartplein. Oma was een Soefi en is cruciaal geweest voor Suzanna. Oma ging uit van een ‘pool of humanity’ en ieder kind krijgt daarvan stukje mee, een klompje dat je goed moet beheren. Als je doodgaat, gaat het klompje weer terug. Suzanna ging naar de kleuterschool, lagere school, middelbare school, allemaal Montessori. Maria Montessori is zelfs op bezoek geweest bij haar pionierende ouders. Die scholen zij er nog! Ze heeft als kind de oorlog meegemaakt en weet nog dat op de dag van de Duitse inval, de Joodse overburen zelfmoord pleegden. Geen school, alles dicht, de hongerwinter, waarbij de hele dag kinderen aan de deur kwamen om eten.

Toen ze 20 was, ging ze met haar vriend en latere echtgenoot, naar overzichtelijk Amerika. Daar had je geen rangen en standen, geen conventies en ongeschreven regels. Ze bleef er 60 jaar en kijkt terug op een heerlijk leven en drie prachtige kinderen. Acht jaar geleden kwam ze terug in de Viottastraat. Ze had haar ouderlijk huis aangehouden vanwege de zomervakanties met haar gezin. Het huis was nu veel te groot voor haar alleen. Ze kon het gelukkig verkopen om dan in de Gerrit van der Veenstraat, nee Euterpestraat, een appartement met lift te betrekken. Ze is een bofkont, maar een dankbare.

De wereld is totaal anders, maar in de buurt is niets veranderd, het vertrouwde geklingel van trams, de huizen. Alleen zijn er nu overal auto’s. Ze heeft een diep gevoel van ‘belonging’, wat ze in Amerika nooit heeft gehad. Daar hoor je nergens bij, het is een beetje een maatschappij van los zand. Dat heeft zijn voordelen maar ook nadelen. Als ze in het Concertgebouw is, ziet ze het plakkaat van de initiatiefnemers en daar staat de naam van haar ouders bij. Ze heeft haar nieuwe ‘inburgering’ te danken aan Stadsdorp Zuid, zo’n fijn netwerk van buurtgenoten!

MR